Een flesje wodka soldaat maken na het aanmeren is er niet meer bij. Het Rotterdamse loodswezen is een stuk zakelijker geworden. Maar het blijft een spannend beroep. ‘Je moet goed kunnen anticiperen.’
‘Japan, rustig aan hè.’ Na zes uur is daar dan toch ineens de urgentie hoorbaar in de stem van de verder opvallend relaxed klinkende Rotterdamse loods Eric van Dijk (52). De sleepboot Japan van sleepbedrijf Smit lijkt de SCF Pechora, een 183 meter lange Liberiaanse tanker, iets te enthousiast naar bakboord te trekken. Daardoor dreigt het zware schip met zijn petrochemische lading scheef voor de steiger te komen.
Via zijn portofoon geeft Van Dijk commando’s aan de roeiers en de slepers die beneden hem in de weer zijn met kabels en lijnen. Vanaf de brug van de Pechora heeft hij het overzicht. ‘Zie mij als de dirigent van dit orkest’, zegt hij. De met 30.000 ton stookolie geladen Pechora is luttele meters verwijderd van zijn eindbestemming, een aanlegsteiger van de Shell Europoort Terminal in de 4de Petroleumhaven van Rotterdam.
‘A half meter ahead’, instrueert Van Dijk de bemanning van de tanker, die 10,60 meter diep steekt. Het schip moet nog 50 centimeter naar voren, opdat straks met succes een koppeling kan worden gelegd tussen de uitgaande pijpleidingen op de tanker en de inkomende leidingen op de terminal. Alles lijkt kolossaal in Europa’s grootste haven, maar centimeters kunnen het verschil maken.
Klik op de streep en lees hier verder
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------